Aan de Directeur-Bestuurder van WBO Wonen te Oldenzaal.
Huurdersvereniging Blij Wonen heeft in de achterliggende jaren bij herhaling aandacht gevraagd voor woonlasten: de verhouding inkomen en de kosten van wonen, oftewel woonlasten. Wij maakten die opmerkingen omdat wij ons toen en nu zorgen maken als het om deze betaalbaarheid gaat. Wij hebben, ook bij herhaling, deze zorgen uitgesproken in het overleg met gemeente en WBOWonen tijdens de Prestatie afspraken. Onze opmerkingen in deze zijn ook uitdrukkelijk terug te vinden in de Prestatieafspraken.
Niet te ontkennen valt dat de huur een belangrijk bestanddeel is van de woonlasten. Niet te ontkennen is ook het gegeven dat huurders jaarlijks geconfronteerd worden met huurstijging; inmiddels een traditie in hurend Nederland.
Het hoeft geen betoog dat heel veel huurders hun inkomen de voorbije jaren niet of nauwelijks verhoogd hebben zien worden, met name is dit aan de orde voor de gepensioneerden. O ja, ze kregen bijvoorbeeld 8 euro verhoging per maand van hun AOW, maar zagen die verhoging al weer verdampen door hogere energiekosten of verhoging van de premie van hun ziektekostenverzekering.
Het is al jaren een bekend item voor de achtereenvolgende regeringen dat de hoogte van de huurtoeslag onbetaalbaar dreigt te worden; mede vanwege het gegeven dat zoveel huurders (helaas) gebruik moeten maken van deze compensatie voor hun hoge huur.
Wij hebben nu al meer dan een jaar te maken met de Corona epidemie. Het hoeft geen betoog dat deze epidemie er ongelofelijk inhakt in onze samenleving, niet alleen qua gezondheidsproblemen maar ook anderszins, waaronder financiële aderlating, voor “oud” en “jong”.
Zojuist spraken wij over betaalbaarheid van woonlasten, waarbij wij ook refereerden aan de aandacht die de politiek de laatste tijd heeft uitgesproken ten aanzien van dit onderwerp. Zo heeft de politiek ook het voornemen uitgesproken om de huurprijzen in de particuliere sector “aan banden” te willen leggen.
De politiek heeft in de achterliggende tijd zorg uitgesproken omtrent meergenoemde combinatie van huurprijzen en financiële mogelijkheden van de huurders, met name in de sociale sector. Een en ander heeft er toe geleid dat in de Tweede Kamer een motie werd aangenomen om de huurprijzen voor dit jaar te bevriezen. Zoals bekend werd de motie door de verantwoordelijke minister overgenomen en daarmee is het een feit geworden dat de huurprijzen dit jaar niet belast mogen worden met een verhoging; ook niet met inflatie dus.
Blij Wonen is, dat zal niet verbazen, content met deze bevriezing, juist vanwege het gegeven dat wij een en andermaal aandacht gevraagd hebben voor dit onderwerp.
Zoals gezegd, deze regeling is van toepassing voor de sociale sector.
Blij Wonen wil uitdrukkelijk benoemen dat wij van mening zijn dat huurbevriezing evenzo moet gelden voor de huurders van een geliberaliseerde woning van WBO Wonen.
Naar onze mening beschikken huurders van een geliberaliseerde woning, waarvan WBO Wonen eigenaar is, niet over een ‘geliberaliseerd’ huurcontract, maar over een “gewoon/standaard/algemeen” contract, zoals door WBO Wonen gehanteerd wordt. Ook dit gegeven was, door de jaren heen, voor WBO Wonen steeds een reden om geen onderscheid te maken in ‘behandeling’ van deze huurders en die van de sociale sector.
Ook in deze huurbevriezing een reden voor gelijke toepassing, zo is onze mening.
Overigens, jaren geleden heeft de toenmalige directeur-bestuurder van WBO Wonen erkend dat er onvoldoende verschil was in de contracten van geliberaliseerd en sociaal zoals werd toegepast door WBO Wonen en om die reden, toen al, aangegeven gelijke behandeling toe te passen.
Wij attenderen u op regelgeving in het Burgerlijk Wetboek ten aanzien van sociale en geliberaliseerde woningen die beiden deel uitmaken van een complex.
Voortbordurend op deze tekst uitleg zijn wij van mening dat in deze “geest van de wet” ook de huurbevriezing tot uiting kan komen.
Zoals bekend wordt in de brief van de Minister aan de Tweede Kamer over het onderwerp ‘huurbevriezing’ ook gesproken over de “gereguleerde” sector.
Wij willen als Blij Wonen er voor pleiten om ook deze huurders dit jaar te ontzien door ook hier de huurbevriezing toe te passen.
Niet in de laatste plaats omdat ook het ministerie van mening is dat het maken van onderscheid in gemengde complexen ongewenst is. Kijk bijvoorbeeld naar de regelgeving bij verkoop: als er een beperkt aantal geliberaliseerde woningen in een gereguleerd complex zit moeten deze toch als gereguleerd worden behandeld.
Hierboven hebben wij gemotiveerd hoe wij aankijken tegen woonlasten en de huidige financiële mogelijkheden/situaties van huurders, zowel sociale als geliberaliseerde huurders. Wij wensen daar geen onderscheid in te maken; wij hebben voorbeelden te over om ons standpunt te rechtvaardigen.
Wij zijn van mening dat het WBO Wonen zou sieren om de huurbevriezing toe te passen op alle huurders van woningen die in het bezit zijn van WBO Wonen. Met deze toepassing zou WBO Wonen haar sociaal gezicht tonen.
Wij kunnen ook geen redenen vinden die het nodig zouden maken om de huurbevriezing niet te laten gelden voor de geliberaliseerde woningen. Een gegeven is dat het om slechts een ‘klein’ aantal gaat van het woningbezit.
In uw advies aanvraag spreekt u ook over huurverhoging voor o.a. garages. Wij vragen u wat dat betreft aandacht voor afspraken die in dit kader in het (recente) verleden gemaakt zijn ten aanzien van verhoging van de huren (bijvoorbeeld De Walgaarden) en gaan er van uit dat u deze afspraken respecteert.
Tot slot:
Het hoeft geen betoog dat wij er op vertrouwen dat u huurbevriezing ook laat gelden voor de huurders van uw geliberaliseerde woningen.
Namens het Bestuur van Blij Wonen,
De secretaris: David Bartels.